Wat is een led?


LED = Light emitting diode. Het is dus een diode die licht uitzendt.
 
Een van de eigenschappen van een diode is dat ze in de ene zin de elektrische stroom geleidt, en in de andere zin spert (tegenhoudt).
Wanneer je dus een led verkeerd aansluit zal ze de stroom tegenhouden en bijgevolg niet branden. Hiervan gaat ze echter niet kapot zoals sommigen denken. (de sperspanning is natuurlijk wel beperkt wanneer je er enkele tientallen volts zou opzetten in sper zal ze doorslaan).
 
Wanneer we de diode in geleiding aansluiten zal de diode in de plastic behuizing oplichten. Hoe meer stroom erdoor gaat hoe feller ze oplicht.
 


Waarom een weerstand gebruiken?
 
Alle normale leds branden standaard bij een stroom van 20mA (mili Ampère). Afhankelijk van het type led zullen ze bij een bepaalde doorlaatspanning deze stroom hebben. Bij gewone leds is dit BV 1,2V (Volt) bij high intensity leds 3V - 3,5V afhankelijk van type, kleur etc.
Natuurlijk kunnen we de leds ook op een hogere spanning doen branden. Je zult merken dat ze dan nog meer licht geven.
Zoals bij de meeste dingen in de elektronica kunnen we dan meer vermogen hebben, in dit geval in licht, bij de processor van je computer betere prestaties... Je kunt het zelfs vergelijken met een getunede motor in je auto die op hogere toeren draait om meer vermogen te leveren...
De keerzijde van de medaille is dat alles echter warmer wordt en wanneer we niet voldoende koelen de levensduur achteruit gaat. Een led valt echter slecht te koelen door de plastic behuizing in tegenstelling tot bv. je computer die je met goede koeling heel wat prestatiewinst kunt geven (=overclocking). Ook bij een auto zal je voor betere koeling moeten zorgen wanneer je deze hogere toeren laat draaien...
 
Besluit is dus deze gewone leds kun je niet koelen, je kunt er dus ook niet meer stroom doorsturen dan gewenst. Ook al verkopen sommige fabrikanten deze leds met in de specificaties een stroom van 30mA om zo een grotere helderheid te krijgen in vergelijking met de concurrentie.
 
Omdat 12V natuurlijk ruim te veel is voor zo een led (we zouden een zeer felle knipperled hebben, maar dan wel eenmalig ) moeten we dus de stroom begrenzen. Stroom begrenzen doe je met behulp van een weerstand. Deze heeft als doen de overtollige spanning op zich te nemen en om te zetten in warmte. Je merkt natuurlijk zelf dat dit niet meteen de meest efficiëntste methode is om leds aan te sluiten. Wanneer we honderden leds zouden aansluiten is dit warmte en energieverlies niet meer verwaarloosbaar.
Misschien kan je een weerstand het beste vergelijken met een gat dat je in je benzineleiding zou maken zodat maar een deel van je benzine eigenlijk in je motor komt en je dus minder vermogen hebt. Toch verbruik je evenveel benzine (=energieverlies).
 


Hoe kan ik zelf de weerstand berekenen?
 
 Een voorbeeldje:
 Als je een led hebt met een doorlaatspanning van 3V
 en je wil er een stroom door sturen van 20mA
 en een beschikbare spanning van 12V
 => De weerstand zal alle overtollige spanning op zich moeten nemen.
 Namelijk aangelegde spanning - doorlaatspanning = 12V-3V = 9V
 
Aangezien de stroom en de spanning over de weerstand nu gekend

zijn kunnen we de weerstand berekenen met de wet van Ohm:
 
 Weerstand = spanning/stroom
 R=U/I= 9V/20mA= 450 Ohm
 
Aangezien niet alle weerstanden beschikbaar zijn door tolerantie nemen we de HOGERE waarde die er het dichtst bij aansluit. In dit geval 470 Ohm.
 


Wat is dat nu dat diffuus en niet-diffuus?
 
Vanbinnen zijn alle leds hetzelfde, en toch geven ze soms verschillend licht. Dit komt door de gebruikte lens:
 
Niet-diffuus:   

Bijna alle leds hebben zo een lens (water-clear) en stralen licht uit in een door de fabrikant bepaalde hoek.
(De lichtuitstraling kan je best vergelijken met van die halogeenlampen met reflector)
 
Diffuus:

Deze lens is dezelfde als de niet-diffuse maar dan mat gemaakt. Hierdoor straalt het licht in alle richtingen zodat je meer een gloed hebt.
(De lichtuitstraling kan je best vergelijken met een TL-lamp)
 
Het diffuse effect kan je bereiken door een niet-diffuse led lichtjes op te schuren tot hij overal mat is en dit werkt heel goed hoor.
 
 Hier een vb-tje van zo een geschuurde led:
 
 


Hoe onderscheid ik nu + en - van de led?
 
 
Op bovenstaande foto zie je duidelijk dat aan de basis van de led een kantje afgeplat is, er is dus 1 ronde kant en 1 afgeplatte kant.
De ronde kant komt overeen met de +
De platte kant komt overeen met de -
 
Tevens komt de langste pin overeen met de +
en de kortste pin overeen met de -
Wanneer je de pinnen afknipt ben je natuurlijk verplicht van naar de vorm van de behuizing te kijken.
 
Nog een manier is kijken binnenin de led, het grootste metalen vlak is altijd verbonden met de -
 
Verder kun je het ook meten met een multimeter op diodestand. Als je de + klem van je multimeter (rood) aan de - klem van de led, en de min klem van de meter aan de + klem van de led houdt zal er een 1 op het scherm staan. Als je de + met + en - met - verbindt (correct) meet je de doorlaatspanning bv. 1200 (het getal speelt niet echt rol).
 
PS: Bij een weerstand speelt polariteit geen rol, die mag je gewoon omwisselen.
 


Hoe sluit ik dat nu eigenlijk aan?
 
 
 
 
 


Waar kan ik 12V terugvinden in mijn auto?
 
 Er zijn heel wat punten in je auto waar je 12V hebt.
 Bv sigarettenaansteker, rechtstreeks aan de batterij, aan je autoradio...
 Je kunt dit eenvoudig meten met een multimeter, zoals je te koop vindt in vele doe het zelf zaken. Zorg wel altijd dat de 12V die je meet niet BV van je lichten is en je dus alleen maar spanning hebt wanneer je lichten aan staan.

 

 

 

            © www.glowrider.be